Aanpak georganiseerde drugscriminaliteit

DSP-groep deed samen met prof. dr. Toine Spapens van Tilburg University onderzoek naar de aanpak van georganiseerde drugscriminaliteit in Nederland in de periode 1995-2020. Het onderzoek had tot doel meer kennis van de uitvoering en de effecten van de aanpak van georganiseerde drugscriminaliteit te krijgen.

Opdrachtgever is het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC), het kennisinstituut voor het ministerie van Justitie en Veiligheid.

In het onderzoek gaan we in op:

  • gemaakte beleidskeuzes en onderbouwing daarvan;
  • uitvoering van het beleid;
  • resultaten en effecten; en
  • indicatoren waarmee effecten in beeld kunnen worden gebracht.

Deze boeiende opdracht resulteerde in een overzichtswerk dat zich niet gemakkelijk kort laat samenvatten.

Drugsproductie en -handel gaan gepaard met ernstige gevolgen voor de samenleving: naast gezondheidsschade als gevolg van drugsgebruik gaat het onder meer om criminele geldstromen die verweven raken met de reguliere economie, de aanwas van nieuwe daders, facilitators en omstanders die vanwege financieel profijt of andere mechanismen direct of indirect bij criminele activiteiten betrokken raken, moorden en ander geweld als gevolg van conflicten tussen criminele groepen, en dumping van afval van drugsproductie.

Beleidsontwikkeling

De beleidskeuzes in het drugsbeleid werden sterk bepaald door de doelstelling ‘beheersing’: beheersing van de negatieve (gezondheids-) effecten voor drugsgebruikers en beteugeling van de drugscriminaliteit. Deze twee elementen, aanvankelijk samen een omvattend drugsbeleid, raakten beleidsmatig steeds meer gescheiden. De aanpak van de drugscriminaliteit werd onderdeel van de bestrijding van georganiseerde misdaad in het algemeen, en vervolgens van het beleid tegen ondermijning. Ook werd de aanpak van drugscriminaliteit steeds integraler. Vanaf het begin van de onderzoeksperiode kwam er ook aandacht voor financiële opsporing en ontneming en ook deze bleef in de gehele onderzochte periode een speerpunt. Tot slot kwam de laatste jaren het versterken van maatschappelijke weerbaarheid tegen ondermijnende criminaliteit hoog op de agenda.

Er zijn verschillende factoren die de (majeure) beleidskeuzes op landelijk niveau hebben beïnvloed. Deze factoren hingen in belangrijke mate met elkaar samen. Het gaat om toenemende drugscriminaliteit, onderzoek, politieke druk van de Tweede Kamer, invloed van regionale ontwikkelingen en politieke druk van het buitenland.

Uitvoering

De knelpunten die in de uitvoering bleken waren onder andere organisatieveranderingen bij de politie die leidden tot verlies van expertise en capaciteit, kanttekeningen bij de integrale aanpak zoals barrières die het onmogelijk maken om gegevens uit te wisselen tussen organisaties, en de terugkerende knelpunten rondom financiële opsporing en ontneming.

Resultaten

Beschikbare cijfers laten zien dat in de periode 1995-2020 sprake was van een stijging van het aantal ontmantelde hennepkwekerijen (tot 2014), het aantal uitgevoerde opsporingsonderzoeken naar georganiseerde ondermijnende criminaliteit en drugscriminaliteit in het bijzonder, het aantal personen dat in verband met drugscriminaliteit wordt veroordeeld en het aantal ontmantelingen van productielocaties, opslagplaatsen en aangetroffen afvaldumpingen van synthetische drugs.

Duiding van bovenstaande cijfermatige ontwikkelingen is echter lastig, omdat de context veelal ontbreekt. Zo is het bijvoorbeeld onduidelijk of de daling van het aantal aangetroffen hennepkwekerijen sinds 2014 een daling van de omvang van de wietteelt of verminderde inspanningen in de opsporing laat zien, dan wel een daling van het beschikbare budget voor het aantal ontmantelingen of een verschuiving in de wereld achter de wietteelt.

Effecten

Het is lastig om uitspraken te doen over de effecten van het gevoerde beleid. Dit mede omdat er geen heldere doelstellingen worden geformuleerd op beleidsmatig niveau. Daarnaast dient ook het beeld te worden bijgesteld dat kijken naar effecten voornamelijk bedoeld is als verantwoording afleggen. Dat verklaart mede waarom op beleidsmatig niveau ruimte in de formulering van doelstellingen en de te bereiken effecten wordt gecreëerd. Wanneer er al duidelijke effecten zijn, blijken deze vrijwel altijd tijdelijk omdat criminelen snel acteren en hun operandi aanpassen.

Meer informatie over dit project?

Neem gerust contact op met Manja Abraham, Bram van Dijk of Daniel Hofstra. Ze staan je graag te woord.