DSP-groep voerde in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kwalitatief onderzoek uit om inzicht te krijgen in de Eritrese gemeenschap in Nederland.

Veel angst en wantrouwen in Eritrese gemeenschap

Momenteel wonen naar schatting 20.000 personen met een Eritrese achtergrond in Nederland. We zien dat vaak als één gemeenschap, één groep, maar dé Eritrese gemeenschap bestaat niet. Er zijn verschillende geloofsgroepen, verschillen tussen de regio’s van herkomst (hooglanders versus laaglanders, stedelijk versus platteland) en verschillende opvattingen over het huidige regime.
Het beeld is caleidoscopisch door de verscheidenheid, maar ook door de onderlinge tegenspraak. Hoe beter je kijkt, hoe meer blijkt dat niets is wat het lijkt. De gemeenschap is extreem sterk gepolitiseerd: neutraal of apolitiek blijven, is moeilijk. Er is veel wantrouwen tegenover elkaar. Er is ook veel angst. Angst en wantrouwen vormen een giftige combinatie die onderling contact en contact met anderen bemoeilijkt.

Kloof tussen Eritrese en Nederlandse cultuur

Er is alleen daarom al gegronde reden voor zorg over de integratie en participatie van leden van de Eritrese gemeenschap in Nederland. Er is sprake van een flinke kloof tussen de Eritrese cultuur en Nederlandse cultuur: collectivistisch versus individualistisch.
Opvallend daarbij zijn de grote verschillen tussen vluchtelingen uit de drie migratiegolven. De kloof is het grootst voor de meest recente groep vluchtelingen (de derde golf). Die groep is ook verreweg de grootste: ongeveer 14.000 Eritreeërs. Zij hebben vaak een verkeerd beeld van Nederland. Omgekeerd kunnen Nederlanders zich vaak moeilijk voorstellen wat deze vluchtelingen allemaal hebben meegemaakt. De kloof bestaat echter ook tussen Eritrese vluchtelingen uit de derde migratiegolf en eerdere golven. De vluchtelingen die nu in Nederland aankomen, verschillen in cultuur, achtergrond en sociaal economische status van vorige golven. Zij komen veelal van het platteland, zij hebben weinig onderwijs genoten en hebben veel te maken gehad met de verschrikkingen van militaire dienst, detenties en angst in Eritrea en daarbuiten.

Lange arm uit Eritrea

Angst waart als een spook door de Eritrese gemeenschap in Nederland. Deze angst is ook gerelateerd aan het besef van surveillance en controle door het regime in Eritrea. Het beeld ontstaat van een lange arm die in Nederland opereert.

Herkenbaar beeld voor organisaties

De onderzoeksuitkomsten zijn besproken met diverse organisaties waaronder politie, OM, COA en Nidos. Deze organisaties herkennen het beeld dat uit het onderzoek naar voren komt. Ze hebben aangegeven het rapport waardevol te vinden voor hun werkzaamheden.

Het onderzoeksrapport is 15 december 2016 door de ministers Asscher (SZW) en Koenders (BuZA) aangeboden aan de Tweede Kamer.

Meer weten over dit project?

Neem dan contact op met Wendy Buysse. Zij vertelt u er graag meer over.