Inzet KMar in de Cariben

De Koninklijke Marechaussee (KMar) levert al meer dan 100 jaar inzet in het Caribische deel van het Koninkrijk. Sinds de jaren 0 van deze eeuw gebeurt dit ook in de vorm van een flexibele pool KMar-medewerkers, die door de Caribische landen van het Koninkrijk naar wens mogen worden ingezet op een van de volgende taken:

  • Grensbewaking
  • Politietaken op luchthavens en maritieme grenzen
  • Bestrijding van drugs- en wapencriminaliteit
  • Bestrijding van migratiecriminaliteit (mensenhandel en mensensmokkel)

Protocol flexpool KMar

De ondersteuning van de Nederlandse KMar aan de Caribische Rijksdelen is vastgelegd in een Protocol. Dit Protocol biedt een flexpool van 43 fte voor de drie landen. De capaciteitsproblemen in de Caribische landen worden door de inzet van de flexpool op de korte termijn aangepakt. En de grensbewakingscapaciteit wordt op de middellange termijn versterkt. Het Protocol schrijft voor dat de uitvoering ervan elke twee jaar gezamenlijk door de vier landen wordt geëvalueerd. DSP-groep voerde in opdracht van het directoraat-generaal Koninkrijksrelaties (DGKR) de evaluatie van het Protocol uit.

Onderoeksresultaten

Uit het onderzoek blijkt dat de landen en betrokken diensten de inzet van de flexpool KMar breed waarderen. De betrokkenen kunnen daarnaast goed uit de voeten met het protocol en de onderliggende werkafspraken. Lastiger is om de effectiviteit van de flexpool vast te stellen, omdat concrete doelen in het protocol ontbreken.

Uit het onderzoek blijkt echter ook dat in weerwil van de bepalingen in het protocol in de praktijk niet voorzien wordt in een overleg waarin op strategisch niveau met de landen, de KMar en BZK besproken wordt waar en in welke vorm de inzet van de flexpool in de landen moet plaatsvinden. Hierdoor bleef de ondersteuning in ieder jaar van de onderzoeksperiode nagenoeg hetzelfde. Verder wordt in het onderzoek gesignaleerd dat twinning – een van de instrumenten in het protocol waarmee kennisoverdracht gefaciliteerd zou moeten worden – in de praktijk vaak lastig verloopt. Onderbezetting en gebrek aan capaciteit bij de lokale diensten leidt er soms toe dat er niet in tweetallen gewerkt kan worden. Daarnaast wordt de hechte samenwerking die voor twinning van belang is soms bemoeilijkt door culturele verschillen of door onduidelijke afspraken over kennisoverdracht, en de aanwezigheid van drie voertalen op de werkvloer (Nederlands, Papiaments en Engels).

Het ontbreken van een strategisch weegmoment in het protocol en de afwezigheid van duidelijke doelstellingen van het protocol leiden naar verwachting de komende jaren niet tot problemen. In 2022 is namelijk gestart met de implementatie van het parallelle ‘Protocol voor de versterking van grenstoezicht in de Caribische landen van het Koninkrijk’, die zowel in een strategische afweging als duidelijkere doelen voorziet.

Ander onderzoek Caribische delen

DSP-groep doet zeer regelmatig onderzoek in de Caribische delen van het Koninkrijk.
We beoordeelden bijvoorbeeld de doelmatigheid en doeltreffendheid van de bestedingen die Nederland doet om de rechtstaat in Aruba, Curaçao en Sint Maarten te versterken.
In 2023 ronden we een onderzoek af naar ambtelijke corruptie in Caribisch Nederland.

Meer weten over dit onderzoek?

Bel of mail dan met Oberon Nauta. Hij vertelt je er graag meer over.