In de Nederlandse media en politiek is veel aandacht voor incidenten rondom mensen die verward gedrag vertonen. Personen met verward gedrag – of personen met onbegrepen gedrag – zijn mensen die de grip op hun leven (dreigen te) verliezen, waardoor het risico aanwezig is dat zij zichzelf of anderen schade berokkenen. Een eenduidige definitie ontbreekt echter en professionals, organisaties en bestuurders rekenen dan ook verschillende mensen tot deze groep.  

Personen achter de code E33

E33: “overlast door persoon met verward gedrag” is de code waarop de politie meldingen rondom personen met verward gedrag registreert in hun registratiesysteem Basis Voorziening Handhaving (BVH). Maar wie zijn de personen achter deze code?

DSP-groep deed daar onderzoek naar in opdracht van de Programmaraad Zorg en Veiligheid in Oost-Brabant. We zoomden in op ’s-Hertogenbosch en Vught. We bouwden voort op eerdere studies naar personen met verward gedrag en verrijkten deze kennis met cijfers van de politie en interviews van relevante personen uit Oost-Brabant. De belangrijkste conclusies zijn: 

  1. E33-registraties geven een signaal af, maar vereisen specifieke duiding
    Op basis van E33 kan geen volledig inzicht worden verkregen in de doelgroep personen met verward gedrag. Toch gebruiken diverse partijen de E33-aantallen om de situatie rondom personen met verward gedrag in kaart te brengen.
    Ook is er géén werkinstructie voor politiebeambten wanneer gedrag van een persoon wordt gelabeld als “overlast door persoon met verward gedrag”. Dit wordt overgelaten aan de professionele inschatting van de meldkamer en de diender – en deze zijn uiteenlopend. E33-registraties bevatten een grote verscheidenheid aan waargenomen gedrag en achterliggende problematiek. 
    E33-registraties zijn dan ook ongeschikt als prestatie-indicator voor beleid. Mogelijk zelfs kunnen de registraties – samen met het aan inflatie onderhevige begrip ‘Personen met verward gedrag’ en de aandacht in de media – leiden tot stigmatisering. Wel kunnen de cijfers een trend laten zien van de problematiek rondom personen met verward gedrag.
  2. De grote diversiteit van de personen en achterliggende problematiek en context, maakt dat een differentiatie in de aanpak nodig is
    Er is al veel bekend over de personen achter de E33-registraties. Uit eerdere studies blijkt een gevarieerd beeld van de personen achter de registraties. Zo heb je bijvoorbeeld ‘vaak verwarden’. Zij veroorzaken relatief veel meldingen en hebben relatief veel problematiek. Ook zijn er ‘soms verwarden’, die weinig meldingen veroorzaken. De ‘vaak verwarden’ zijn relatief vaak in beeld bij zorgpartijen en veiligheidspartijen. Ook blijkt dat de registraties betrekking hebben op een mix van nieuwe, unieke personen én bekende personen. Het aantal unieke personen dat in het jaar voorafgaande aan de melding bekend is, is bijna 40%. Bijna 60% is dus niet bekend. De diversiteit van de personen met verschillende achterliggende problematiek vraagt om specifieke duiding. Er lijken verschillende type problemen achter schuil te gaan, die een (persoons)gerichte aanpak vragen. 

Uitkomsten niet nieuw, maar blijvend relevant 

De uitkomsten van dit onderzoek zijn misschien niet voor iedere lezer nieuw, maar blijken wel degelijk relevant. Een goede duiding van beschikbare registratiegegevens en een (persoons)gerichte aanpak moeten blijvend aan bod komen bij een integrale aanpak van personen met verward gedrag en de beleidsvorming daaromtrent. Beide elementen kunnen bijdragen aan het verder verbeteren van de aanpak van personen met verward gedrag. Een verdere doorontwikkeling kan daarnaast ook gericht zijn op monitoring en het verder verbeteren van de samenwerking tussen betrokken ketenpartners. 

Meer weten over het onderzoek naar de melding E33 'verwarde personen'?

Bel of mail dan met onderzoeker Manja Abraham. Zij vertelt je er graag meer over.